Studenten als extra handen tijdens de zomer. In welke statuten en in welke combinaties?

De zomer van de vrijheid draait op volle toeren. De economie herneemt en de verschillende vrijetijdssectoren, zoals zomerkampen en evenementen zijn heropgestart.

Als werkgever doe je mogelijk beroep op studenten om je activiteiten te ondersteunen. Deze studenten kunnen onder bepaalde voorwaarden als jobstudent aan de slag maar er zijn daarnaast ook nog andere statuten waarop je mogelijk een beroep kan doen. We geven je een overzicht van de mogelijkheden en de onderling toegestane combinaties.

Jongeren die minstens 15 jaar oud zijn, twee jaar middelbaar onderwijs hebben gevolgd en waarvan studeren het hoofdstatuut is, kunnen als jobstudent aan de slag. Ze kunnen gedurende 475 uren per jaar in een RSZ- en fiscaalvriendelijk statuut bij je aan de slag. Alle voorwaarden kan je hier nalezen.

Ten gevolge van de coronapandemie mag je tijdens de maanden juli, augustus en september jobstudenten inzetten zonder aanrekening op het contingent van 475 uren. Zo kan een student meer voor jou werken en kan jij tegelijkertijd je loonkost onder controle houden.

Als horecawerkgever kan je maximaal 200 dagen per kalenderjaar personeel tewerkstellen via gelegenheidsarbeid. 1 dag blijft 1 dag, d.w.z. dat je elke dag zoveel gelegenheidswerknemers mag tewerkstellen als je wil. Een gelegenheidswerknemer kan maximaal 50 dagen werken onder dit statuut, nooit meer dan twee opeenvolgende dagen bij dezelfde werkgever. Tijdens die 50 dagen worden de RSZ-bijdragen berekend op een vast, fictief laag bedrag. Via Horeca@work kan je het openstaande aantal dagen raadplegen.

Een gelijkaardige regeling geldt voor de land- en tuinbouw met een contigent van maximaal 30, resp. 65 dagen (eventueel met bijkomende dagen in de witloofteelt of de champignonteelt), met de gewone RSZ-bijdragen berekend op het respectievelijke dagforfait land- of tuinbouw. Omwille van corona ligt het maximum voor 2021 op 60, resp. 100 dagen.

Je kan ook studenten als gelegenheidswerknemer inzetten. Een schriftelijke studentenovereenkomst is dan wel verplicht. Je kan het statuut van jobstudent en gelegenheidsarbeid ook vrij met elkaar combineren, enkel niet op hetzelfde moment. De solidariteitsbijdrage die je betaalt voor een jobstudent blijft wel voordeliger dan het RSZ-forfait voor gelegenheidsarbeid.

Ben je actief in de socio-culturele sector, dan kan je ook jongeren inzetten als monitor of animator, bijvoorbeeld op een speelplein of tijdens een sportkamp.

Zij kunnen in principe gedurende maximaal 25 dagen per jaar met dagcontracten werken. Het grote voordeel aan deze regeling is dat je op het loon voor deze dagen geen sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd bent, op voorwaarde dat de tewerkstelling wordt aangegeven met een Dimona type A17. Op de inkomsten is wel bedrijfsvoorheffing verschuldigd.

Omwille van de gezondheidscrisis en de weerslag ervan op de organisatie van vakantiekampen en jeugdactiviteiten, mogen monitoren in 2021 uitzonderlijk 50 dagen in dit gunstige statuut actief zijn. Let wel, de uitbreiding geldt niet voor sportmanifestaties.

Dit statuut is cumuleerbaar met de gunstige regeling voor jobstudenten. In dit geval zal je in de arbeidsovereenkomst wel enkele specifieke bepalingen moeten opnemen die de wetgeving op de tewerkstelling van studenten voorschrijft.

Ben je een organisatie die geen winst nastreeft, dan kan je ook beroep doen op vrijwilligers. Elke jongere mag vanaf het jaar waarin hij 16 wordt als vrijwilliger actief zijn.            
Als tijdelijke corona ondersteuningsmaatregel mogen ook commerciële ouderenzorgvoorzieningen vrijwilligers inzetten, deze versoepeling is aangekondigd tot en met 30 september 2021. Ook de vaccinatiecentra kunnen tot en met 31 december 2021 beroep doen op vrijwilligers.

Let wel, jobstudenten kunnen enkel als vrijwilliger actief zijn bij jou als de vrijwilligersactiviteiten niet in het verlengde liggen van de activiteiten die zij normaal uitvoeren in het kader van hun studentenovereenkomst.

Vrijwilligerswerk wordt nooit betaald. Je mag je vrijwilligers wel een onkostenvergoeding toekennen. Deze kostenvergoeding kan een forfait uitmaken, met een maximum van 35,41 euro per dag en 1.416,16 euro per jaar. Voor de vrijwilligers in de vaccinatiecentra geldt een verhoogd jaarplafond van 2.600,90 euro. Naast een forfaitaire vergoeding, heb je ook de mogelijkheid om de reële onkosten aan de hand van bewijsstukken terug te betalen. Er is evenwel aangekondigd dat de plafonds voor de vrijwilligers in de zorg en in de vaccinatiecentra zouden worden verhoogd. Het is nog wachten op wetgeving die deze verhoging mogelijk maakt.

Verenigingen zonder winstoogmerk en feitelijke verenigingen actief in de sportsector kunnen in 2021 beroep doen op verenigingswerkers als onder meer sporttrainer, animator of conciërge.

Studenten komen in beginsel niet in aanmerking om verenigingswerk uit te oefenen. Enkel wanneer een student in de 12 tot 9 maanden voorafgaand aan de start van het verenigingswerk minstens één dag als werknemer actief was (dat kan dus via een dagcontract artikel 17) en minstens 18 jaar oud is, kan zich toegang tot dit statuut openen. Je betaalt een minimumvergoeding van 5,10 euro per uur waarop slechts beperkte (para)fiscale inhoudingen verschuldigd zijn. Ook de van toepassing verklaarde arbeidsregels moeten worden gerespecteerd.

De inkomsten uit verenigingswerk mogen niet meer bedragen dan 532,50 euro per maand en 6.390 euro per jaar (inclusief verplaatsingskosten en onkosten). In de periode van juli tem september 2021 is het maandbedrag tijdelijk verhoogd tot 1.065 euro. Het jaarbedrag blijft ongewijzigd. In dit artikel lees je er alles over.