Overbruggingsrecht aanzienlijk omzetverlies - oktober 2021

Zelfstandigen, helpers en meewerkende echtgenoten, die een aanzienlijk omzetverlies lijden ingevolge de COVID-19-crisis, kunnen het crisis-overbruggingsrecht omzetdaling aanvragen voor oktober 2021. Deze maatregel geldt ongeacht de sector waarin men actief is.

Ook zelfstandigen, die getroffen zijn door de overstromingen van midden juli kunnen deze uitkering aanvragen.

Voorwaarden

1. Omzetdaling van minstens 65%

Er moet een omzetdaling zijn van minstens 65% in de kalendermaand voorafgaand aan de maand van de uitkering in vergelijking met dezelfde refertemaand in 2019. Het refertejaar is altijd 2019. Deze omzetdaling moet gelinkt zijn aan de COVID-19-crisis of aan de overstromingen van juli 2021.

Voor de uitkering van oktober 2021 moet je dus een vergelijking maken tussen de omzet van september 2021 en september 2019.

Voor zelfstandigen die nog niet actief waren in de refertemaand (= september 2019) kan er rekening gehouden worden met de omzetcijfers van de eerstvolgende volledige kalendermaand. Dit is ook het geval wanneer het omzetcijfer van de refertemaand abnormaal laag was o.w.v. arbeidsongeschiktheid of moederschapsrust.

2. Minstens 4 kwartalen zijn betaald

De wettelijk verschuldigde voorlopige bijdragen van minstens 4 kwartalen uit de afgelopen 16 kwartalen moeten effectief betaald zijn. Deze referteperiode loopt vanaf het kwartaal waarin de maand van de uitkering ligt.

Voor starters, die maximaal 12 kwartalen onderworpen zijn aan het sociaal statuut volstaat de betaling van 2 kwartalen.

 

Bedrag van de uitkering

Het bedrag van de uitkering hangt af van de sociale bijdragen die je betaalt. Je hebt gezinslast van zodra je minstens één persoon (andere dan jezelf) ten laste hebt op je ziekenboekje. 

  Met gezinslast Zonder gezinslast
Volledige uitkering 1 679,31 euro 1 343,87 euro
Halve uitkering 839,65 euro 671,94 euro

Zelfstandigen in hoofdberoep krijgen de volledige uitkering. Ook zelfstandigen in bijberoep, artikel 37, student-zelfstandigen, die evenveel bijdragen betalen als een hoofdberoep krijgen dit bedrag. Dit geldt eveneens voor zelfstandigen, die de wettelijke pensioenleeftijd bereikt hebben, maar nog geen pensioen opnemen.

Zelfstandigen die een verminderde bijdrage betalen, krijgen de halve uitkering. Deze halve uitkering geldt voor :

  • zelfstandigen in bijberoep en artikel 37 die een sociale bijdrage betalen tussen 370,82 euro en 741,63 euro per kwartaal
  • student-zelfstandigen, die een bijdrage betalen van minder dan 741,63 euro per kwartaal
  • gepensioneerden, die minstens 265,90 euro per kwartaal betalen
  • zelfstandigen, ouder dan 65 jaar zonder pensioen, die een bijdrage betalen tussen 370,82 euro en 741,63 euro per kwartaal

Voor de controle van het bedrag van de sociale bijdrage houden we rekening met de verplichte voorlopige bijdrage, berekend op het inkomen van 3 jaar geleden. Voor startende zelfstandigen kijken we naar de verplichte startersbijdrage.  Als je voorlopige bijdrage te laag is, dan kan je het overbruggingsrecht nu nog niet krijgen. Als je definitieve bijdrage wel hoog genoeg is, dan kunnen we je het overbruggingsrecht later nog uitbetalen. Dat kan echter pas op het moment dat we de eindafrekening over 2022 opmaken, wellicht in de loop van 2024. Verwacht je dat je definitieve bijdrage wel hoog genoeg zal zijn? Doe dan zeker tijdig je aanvraag.

Cumul met een vervangingsinkomen

Het overbruggingsrecht kan gecumuleerd worden met een vervangingsinkomen. Maar de som van beide uitkeringen wordt beperkt tot het bedrag van het overbruggingsrecht. Als het plafond overschreden wordt, wordt het overbruggingsrecht verminderd. Het cumulplafond wordt altijd op maandbasis bekeken, ook al slaan de uitkeringen niet op dezelfde dagen.

De cumul is mogelijk met de volgende vervangingsinkomsten: arbeidsongeschiktheid, invaliditeit of moederschap, werkloosheid, tijdskrediet, …

Het niet of niet correct aangeven van een vervangingsinkomen of van het bedrag ervan kan leiden tot een terugvordering van ten onrechte ontvangen uitkeringen.

Aanvraag

De aanvraag moet ingediend worden voor het einde van het tweede kwartaal, volgend op het kwartaal waarin de maand ligt waarvoor de uitkering wordt gevraagd. Er is voor iedere maand een afzonderlijke aanvraag nodig.

Voorbeeld : de uitkering van oktober 2021 kan aangevraagd worden tot 30 juni 2022.

 

Sociale rechten

In tegenstelling tot het klassieke overbruggingsrecht is er geen “behoud van sociale rechten” voorzien in het crisis-overbruggingsrecht.

Dat betekent dat er voor de maanden en kwartalen waarin er een crisis-overbruggingsuitkering betaald wordt, geen vrijstelling van sociale bijdragen voorzien is met een volledig behoud van je sociale rechten.

Je sociale bijdragen blijven verschuldigd voor deze kwartalen en je bent maar in orde met je sociaal statuut na de betaling van de sociale bijdragen. Tenzij je uitstel van betaling hebt aangevraagd. In dat geval blijf je verzekerd zolang het betalingsuitstel loopt.