Groene mobiliteit als troef
Een duurzaam mobiliteitsplan op maat van je werknemers is een prioriteit voor elke hr-afdeling.
Ontdek de mogelijkheden
In de Nationale Arbeidsraad werd een cao gesloten die een algemene verplichting voorziet voor de werkgever om een fietsvergoeding toe te kennen.
Hoewel heel wat werknemers in België vandaag al een fietsvergoeding krijgen, is er (nog) geen algemeen recht voor alle werknemers. Werknemers die met de fiets naar het werk komen of bijvoorbeeld met de fiets naar het station gaan om de trein te nemen naar het werk, kunnen een fietsvergoeding krijgen van hun werkgever wanneer de sector waarin de werknemer werkt via cao de verplichting oplegt om dat te doen of wanneer de werkgever de fietsvergoeding uit eigen beweging toekent.
Daar komt verandering in. De Nationale Arbeidsraad riep in 2005 al een eerste keer de sectoren op om te denken aan een fietsvergoeding. De federale regering nam in haar regeerakkoord van september 2020 op dat iedereen die met de fiets gaat werken, recht moet hebben op een fietsvergoeding.
In de NAR sloten de sociale partners nu uiteindelijk cao nr. 164 af, die het recht op een fietsvergoeding in het leven roept. Let wel, het gaat om een suppletieve cao, die geen afbreuk doet aan de ondernemings- of sectorale cao’s die al een fietsvergoeding toekennen.
Deze verplichting is van kracht sinds 1 mei 2023.
Deze cao (cao 164) is van toepassing op alle werkgevers actief in België, die onder de cao wet van 5 december 1968 vallen. Dat zijn alle werkgevers uit de private profit en non profit sectoren.
De cao is echter suppletief en dat houdt in dat de cao enkel van toepassing is op de werkgevers uit sectoren die nog geen eigen regeling hadden getroffen over een fietsvergoeding en die nog geen ondernemingscao hadden gesloten over een vergoeding voor het woon-werkverkeer met de fiets. De ondernemings- en sectorale cao’s die een fietsvergoeding toekennen blijven van kracht wat betreft de toekenningsvoorwaarden en het bedrag.
Bovendien bepaalden de nationale sociale partners dat de cao niet van toepassing was op werkgevers uit het paritair comité 335 voor de dienstverlening aan en de ondersteuning van het bedrijfsleven en de zelfstandigen. Deze sector werd pas in november 2021 samengesteld en kreeg van de sociale partners de kans om zelf een cao te sluiten over de vergoeding van het woon-werkverkeer. Ze kregen hiervoor de tijd tot 31 december 2023. Werd geen cao gesloten tegen die datum, dan zouden de werknemers uit het PC 335 vanaf 1 januari 2024 recht krijgen op de fietsvergoeding op basis van cao nr. 164.
Op 25 september 2023 werd in PC 335 een akkoord bereikt over de invoering van een sectorale fietsvergoeding waardoor de suppletieve fietsvergoeding dus niet van toepassing zal worden.
Sinds juli 2022 is het voor het aanvullend PC 200, paritair comité voor de bedienden, verplicht een fietsvergoeding van 0,20 euro per kilometer te betalen. De vergoeding wordt wel begrensd op 8 euro per dag, wat neerkomt op een traject van maximaal 40 kilometer heen en terug. Voor jou verandert er niets met de komst van cao nr. 164.
De cao heeft het over de verplaatsingen met de fiets voor het woon-werkverkeer. Dienstverplaatsingen met de fiets worden op basis van deze cao niet vergoed.
De cao verduidelijkt daarnaast dat men met ‘fiets’ elk rijwiel, gemotoriseerd rijwiel of speed pedelec bedoelt, zoals gedefinieerd in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer. De gemotoriseerde rijwielen en de speed pedelecs komen enkel in aanmerking wanneer ze elektrisch worden aangedreven.
De werknemer moet regelmatig met de fiets naar het werk komen en dat wordt gedefinieerd als minstens eenmaal per week of bijvoorbeeld in de zomermaanden elke dag en in de andere maanden met de auto of het openbaar vervoer.
Ook wie slechts een deel van het traject regelmatig met de fiets komt werken, heeft voor dat deel van het traject recht op de fietsvergoeding.
De vergoeding wordt wel begrensd op een traject van 20 kilometer enkel ofwel 40 kilometer heen en terug.
Het basisbedrag uit de cao is 0,145 euro per kilometer en dat wordt gekoppeld aan het indexmechanisme dat de fiscus gebruikt voor de fietsvergoeding. Sinds de inwerkingtreding van cao nr. 164 op 1 mei 2023 bedraagt de fietsvergoeding dan ook 0,27 euro per kilometer. Vanaf 1 januari 2024 stijgt die naar 0.28 euro per kilometer.
De werknemer die de fietsvergoeding wil genieten, moet een verklaring op eer afleggen over het aantal kilometer van zijn woon-werktraject en het aantal dagen in de maand dat hij met de fiets komt.
De fietsvergoeding die je zal moeten toekennen, is vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen en wordt niet belast. Bovendien heeft de regering een werkgeverscompensatie via een belastingkrediet ingevoerd voor verhogingen van fietskilometervergoedingen. Hierover lees je hier meer.
Een duurzaam mobiliteitsplan op maat van je werknemers is een prioriteit voor elke hr-afdeling.
Ontdek de mogelijkhedenHoe zet je duurzame mobiliteitsoplossingen in om je organisatie te onderscheiden?
De fietslease en het mobiliteitsbudget winnen de laatste jaren stelselmatig aan populariteit. Steeds meer werknemers, zowel huidige medewerkers als potentiële kandidaten, verwachten dat hun werkgever duurzame keuzes maakt.
Lees meerNa een korte pauze in de formatiegesprekken, kunnen de federale onderhandelaars terug aan tafel om een federale regering te vormen. Welke sociaaleconomische plannen kunnen op tafel komen? We geven je een kort overzicht.
Lees meerLoontransparantie: van richtlijn naar beleid
Binnen anderhalf jaar treedt de Europese richtlijn in werking. Wat betekent dit concreet voor bedrijven en hoe transparant zijn werkgevers vandaag al?
Lees meer