Vorige

Driekwart meer progressieve werkhervattingen in vijf jaar tijd

03 november 2020

Corona zorgt dit jaar nauwelijks voor terugval

Brussel, 3 november 2020 – In 2020 zijn er tot nu toe nauwelijks minder dossiers opgestart dan andere jaren waarbij langdurig zieke werknemers opnieuw geleidelijk het werk hervatten. Dat is op zich erg opvallend, stelt hr-dienstenbedrijf Acerta, dat door de coronacrisis een stevige terugval verwacht had. En er is nog meer goed nieuws: in vijf jaar tijd zijn maar liefst driekwart meer progressieve werkhervattingen opgestart. Nu de Vivaldi-coalitie sterk wil inzetten op een betere re-integratie van langdurig zieken, pleit Acerta dat bedrijven sneller re-integratiemogelijkheden moeten (kunnen) onderzoeken.

Leestijd: Later lezen?
Progressieve werkhervatting: +73 % in laatste 5 jaar

Wie na een periode van ziekte het werk wil en mag hervatten, heeft de mogelijkheid om – eventueel in overleg met een arbeidsarts – een progressieve werkhervatting aan te vragen. Uiteindelijk is het doel van dergelijk traject - waar het mogelijk is - om de werknemer weer naar het oorspronkelijke werkregime te begeleiden. Sinds 2016 is er een vernieuwd wettelijk kader voor deze vorm van werkhervatting. De cijfers zijn sindsdien alleen maar gestegen. Van 2015 tot 2019 zien we een toename van de progressieve werkhervatting met maar liefst 73 %.

Progressieve werkhervatting 1e jaar ziekte 2015-2019

Figuur 1: Progressieve werkhervatting 1e jaar ziekte 2015-2019

Opmerkelijk: corona heeft nauwelijks impact op progressieve werkhervatting

In april en mei van dit jaar, tijdens de lockdown, werden er heel wat minder progressieve werkhervattingen opgestart dan anders. Maar het grote succes van de progressieve werkhervatting in de andere maanden van dit jaar, veegt dit negatieve corona-effect helemaal weg. Voor de periode maart-augustus 2020 tellen we slechts 6 % minder dossiers dan vorig jaar. In de periode januari-augustus 2020 zitten we zelfs bijna helemaal op het niveau van vorig jaar.

Miet Vanhegen, juridisch adviseur bij Acerta: “Het is best opmerkelijk dat er dit jaar - ondanks corona - nauwelijks minder progressieve werkhervattingen opgestart worden. Tijdens de lockdown konden heel wat arbeidsartsen geen vaststellingen doen of overleg plegen, waardoor ze geen nieuwe werkhervattingen konden begeleiden. Dat de andere maanden deze terugval compenseren, is een erg positief signaal. Werkgevers zijn, zelfs in erg moeilijke tijden, bezig met het heractiveren van werknemers na een ziekteperiode.

Progressieve werkhervatting per maand, 2019-2020

Figuur 2: Progressieve werkhervatting per maand, 2019-2020

Re-integratie moet binnen 3 maand starten

Ons land telt meer en meer langdurig zieken, die de werkzaamheidsgraad naar beneden duwen. Om die werkzaamheidsgraad op te trekken naar 80 %, wil de Vivaldi-coalitie nog meer werk maken van de re-integratie van de langdurig zieken. Volgens Acerta moeten ze daarom in de eerste plaats inzetten op een vroegtijdige interventie.

Miet Vanhegen: “Vandaag laat de wetgeving toe dat de werkgever na ten vroegste vier maanden een formeel re-integratietraject opstart. Studies geven aan dat de meeste succesvolle werkhervattingen - waar mogelijk - liefst binnen de drie maanden beginnen. Uit onze cijfers blijkt dat vorig jaar 31,1 % van de progressieve werkhervattingen binnen de 90 dagen begonnen, dat is een pak minder dan voorgaande jaren. Het is niet positief dat de start van de ‘vrijwillige’ progressieve werkhervatting steeds verder wordt opgeschoven. Meer dan 15 % van de progressieve werkhervatting in 2019 begon pas na meer dan een jaar. Acerta pleit er dan ook voor dat werkgevers al vroeger met hun werknemer en de arbeidsarts in dialoog te gaan, om het proces te versnellen.

Progressieve werkhervatting met start binnen de 90 dagen per jaar

Figuur 3: Progressieve werkhervatting met start binnen de 90 dagen per jaar

 

Over de cijfers

De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van een representatieve steekproef van werknemers in dienst bij meer dan 28.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.

Deel dit artikel