Vorige

Auteursrechten: Grondwettelijk Hof bevestigt uitsluiting computerprogramma’s

Na de hervorming van het fiscaal regime van de auteursrechten trokken enkele softwareontwikkelaars en IT-ondernemingen naar het Grondwettelijk Hof. Zij vochten de beperking van het toepassingsgebied van de auteursrechtenregeling aan, waardoor computerprogramma’s uitgesloten zijn. Het Grondwettelijk Hof velde recent zijn arrest. Daarin bevestigt het Hof dat de auteursrechtenregeling zoals die sinds de hervorming van toepassing is, inderdaad geen betrekking heeft op computerprogramma’s en dat die uitsluiting bovendien verantwoord is (en dus geen discriminatie inhoudt).

Auteursrechtenregeling

De inkomsten verkregen uit de overdracht van auteursrechten kunnen al vele jaren genieten van een voordelige fiscale behandeling. De vergoedingen die een werknemer (of bedrijfsleider) in dat kader ontvangt, worden op fiscaal vlak immers beschouwd als roerende inkomsten. Deze kwalificatie geldt  evenwel maar tot een bepaald grensbedrag op jaarbasis, dat telkens geïndexeerd wordt.

De kwalificatie als roerend inkomen heeft als voordeel dat – tot aan de grens van het roerend inkomen – een belastingtarief van slechts 15% van toepassing is. Daarbij wordt dan nog eens rekening gehouden met een ruime forfaitaire kostenaftrek van 50% op een eerste schijf en 25% op een volgende.

Eens boven de grens voor de kwalificatie als roerend inkomen geldt een vermoeden van belastbaarheid als beroepsinkomen, maar ook dan kan de ontvanger nog het tegenbewijs leveren.

De belastingdruk op dat deel van de inkomsten uit de overdracht van auteursrechten is dus merkelijk lager dan die op de beroepsinkomsten die progressief belast worden. 

Hervorming vanaf 2023

De auteursrechtenregeling kende in de praktijk een ruime toepassing. De regering besliste daarom om het regime te herzien waarbij voornamelijk het toepassingsgebied beperkt werd. De regering motiveerde deze wijziging door het feit dat ze deze specifieke regeling wilde voorbehouden voor inkomsten die “op onregelmatige en wisselvallige wijze worden verkregen in het kader van artistieke activiteiten”. 

Voor de invulling van dat begrip “artistieke activiteiten” werd verwezen naar boek XI, titel 5, van het Wetboek van economisch recht. Computerprogramma’s worden geregeld in een andere titel van het Wetboek van economisch recht. De Minister van Financiën beargumenteerde in de Kamer dat computerprogramma’s door de verwijzing naar een specifieke passage (nl. boek XI, titel 5) in het Wetboek van economisch recht niet begrepen waren in het toepassingsgebied van de nieuwe regeling voor auteursrechtenvergoedingen.

Ook op RSZ-vlak voorzag men overigens in een RSZ-vrijstelling van auteursrechtenvergoedingen vanaf 2023, verwijzend naar dezelfde definitie als op fiscaal vlak.

Intussen werden ook al enkele fiscale rulings afgeleverd met betrekking tot vergoedingen voor de overdracht van auteursrechten. Daarin hield de Dienst Voorafgaande Beslissingen dezelfde lijn aan als de motivatie van de regering bij de invoering van de wijziging.

Procedure voor het Grondwettelijk Hof

Enkele softwareontwikkelaars en IT-ondernemingen trokken daarop naar het Grondwettelijk Hof en vorderden de vernietiging van de wetgeving (meer precies: de vernietiging van artikel 100 van de Programmawet van 26 december 2022) in zoverre die zou betekenen dat computerprogramma’s uitgesloten zijn van de toepassing van de auteursrechtenregeling en de bijhorende interessante fiscale behandeling. 

Op 16 mei 2024 velde het Grondwettelijk Hof uiteindelijk zijn arrest. Het Hof verwerpt de ingediende beroepen tot vernietiging en bevestigt dat de regering een specifieke regeling mocht maken voor auteursrechten, met uitsluiting van computerprogramma’s. Deze uitsluiting kan volgens het Hof redelijk verantwoord worden omdat het over verschillende situaties gaat.

Zijn alle IT-profielen hierdoor dan uitgesloten van de auteursrechtenregeling?

Dat is op zich niet gezegd. Het Grondwettelijk Hof bevestigt enkel de uitsluiting van computerprogramma’s uit de auteursrechtenregeling zoals die is na de recente hervorming, en het feit dat die uitsluiting gerechtvaardigd is. Of er in de praktijk sprake is van activiteiten die beschouwd worden als het creëren van computerprogramma’s in die zin moet steeds in het concreet geval nagegaan worden. Bij twijfel kan een fiscale ruling aangevraagd worden bij de Dienst Voorafgaande Beslissingen.

Die Dienst Voorafgaande Beslissingen heeft intussen ook al een aantal fiscale rulings afgeleverd met toepassing van de nieuwe auteursrechtenregeling. Daaruit blijkt dat voor enkele IT-gerelateerde functies zoals bijvoorbeeld web designers wel nog aanvaard wordt dat zij – tenminste voor een deel van hun takenpakket – nog auteursrechtenvergoedingen kunnen krijgen die onder het fiscaal voordelig regime vallen. De ene IT’er is dus de andere niet… 

Ken je nog vergoedingen voor de overdracht van auteursrechten toe, of overweeg je dit te doen, en heb je vragen over dit arrest of over de impact hiervan op jouw dossier, neem dan contact op met jouw aanspreekpunt bij Acerta.

Deel dit artikel