Een beding in de arbeidsovereenkomst: nieuwe loongrensbedragen vanaf 2021

Op 1 januari 2021 worden de loonbedragen opgenomen in de Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten geïndexeerd. Deze grenzen spelen een belangrijke rol bij de toelaatbaarheid van het scholingsbeding, het niet-concurrentiebeding en het arbitragebeding in de arbeidsovereenkomst. Deze bedingen worden namelijk als onbestaand beschouwd wanneer ze deze loongrenzen niet respecteren.

Vanaf 1 januari 2021 moet je rekening houden met volgende loongrenzen:

• Scholingsbeding
  • Niet toegelaten (behoudens knelpuntberoepen) indien het jaarloon: ≤ 36.201 (≤ 35.761*)
  • Toegelaten indien het jaarloon: > 36.201  (> 35.761*)
• Niet- Concurrentiebeding
  • Niet toegelaten indien het jaarloon: ≤ 36.201 (≤ 35.761*)
  • Toegelaten voor de functies vastgelegd bij CAO indien het jaarloon: ligt tussen > 36.201  (> 35.761*) en ≤ 72.402 (≤ 71.523*)
  • Toegelaten behalve voor de functies verboden bij CAO indien het jaarloon: >72.402 (> 71.523*)
• Arbitragebeding
  • Niet toegelaten indien het jaarloon: ≤ 72.402 (≤ 71.523*)
  • Toegelaten indien het jaarloon: >72.402 (> 71.523*)

Meer informatie over contractuele clausules en hun modaliteiten, vind je terug in Afdeling 1 (Hoofdstuk 1.D.) van de Sociale Gids op Trefzeker.

_{​* (bedrag in 2020) alle bedragen in euro}

_{Bron:
Aanpassing op 1 januari 2021 van de loonbedragen bepaald bij de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten aan het algemene indexcijfer van de conventionele lonen voor bedienden (artikel 131), BS 9 december 2020.}