De opzeggingsvergoeding voor mensen in loopbaanonderbreking heeft veel stof doen opwaaien. Met een wet gepubliceerd op 31 oktober 2022 heeft de wetgever besloten een einde te maken aan deze discussie.
De werkgever die beslist de arbeidsovereenkomst (zonder dringende redenen) zonder opzeggingstermijn te beëindigen, is verplicht de werknemer een vergoeding te betalen die gelijk is aan het lopende loon dat overeenkomt met de duur van de opzeggingstermijn of van de resterende opzeggingstermijn.
Problemen vóór de wetsverandering
Het begrip "lopend loon" was lang het voorwerp van discussie voor werknemers in gedeeltelijke loopbaanonderbreking.
Laten we het voorbeeld nemen van een werknemer in ouderschapsverlof met een onderbreking van 1/5, die wordt ontslagen. Is het "lopend loon" 4/5 van het voltijds loon, dus het loon dat hij/zij daadwerkelijk van de werkgever ontvangt op het moment van ontslag, of heeft hij/zij recht op een ontslagvergoeding op basis van het loon waarop hij/zij recht had vóór de loopbaanonderbreking?
Als algemene regel werd het begrip "lopend loon" geïnterpreteerd in de zin van het loon dat geldt op het ogenblik dat de werknemer zijn/haar loopbaan onderbreekt. In sommige situaties heeft de rechtspraak zich echter tegen deze interpretatie verzet en geoordeeld dat het oorspronkelijke loon van de werknemer in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van de opzeggingsvergoeding. Dit was bijvoorbeeld het geval voor ouderschapsverlof en palliatief verlof.
Het maakte de zaken er niet eenvoudiger op, aangezien de loopbaanonderbreking in sommige gevallen wel en in andere gevallen niet van invloed was op de opzeggingsvergoeding.
Wat verandert er?
Met de publicatie van de wet tot omzetting van de Europese richtlijn betreffende het evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers[1] heeft de wetgever een einde gemaakt aan het debat en de rechtsonzekerheid rond het onderwerp. Elke werknemer in loopbaanonderbreking moet dus een opzeggingsvergoeding ontvangen die wordt berekend op basis van het loon waarop zij/hij krachtens haar/zijn arbeidsovereenkomst recht zou hebben gehad indien zij/hij haar/zijn werktijd niet had verminderd.
Er geldt echter een uitzondering voor werknemers in gedeeltelijke loopbaanonderbreking van onbepaalde duur. Voor deze werknemers wordt de opzeggingsvergoeding berekend op basis van de tewerkstellingsbreuk tijdens de loopbaanonderbreking. In de praktijk gaat het hier om werknemers die een tijdskrediet landingsbaan hebben opgenomen tot aan hun pensioen.
Vanaf wanneer gaat deze verandering in?
Deze wijziging is van toepassing op alle opzeggingsvergoedingen berekend vanaf 10 november (de 10de dag na de publicatie van de wet in het Belgisch Staatsblad).
[1] ] Art. 10 van de Wet van 7 oktober 2022 tot gedeeltelijke omzetting van de Richtlijn (EU) 2019/1158 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende het evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers, en tot intrekking van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad en tot regeling van een aantal andere aspecten op het vlak van de verloven, BS 31 oktober 2022.
Meer weten? Volg de opleidingen over ontslag
Je vindt bij Acerta een uitgebreid aanbod aan opleidingen over de ontslagregeling. In de opleiding Praktijkdag ontslag nemen we je van a tot z mee in de ontslagprocedure, zodat je helemaal gewapend bent om een ontslag correct af te handelen. Opzegtermijnen, of liever de schorsing ervan, leer je tot op de dag berekenen via een e-learning.
Bekijk het aanbod