Ga naar de inhoud
Terug naar overzicht

Omgaan met slecht weer in de bouwsector

De herfst en winter brengen ook regen, vorst en storm met zich mee. Deze weersomstandigheden kunnen het werk voor jouw bouwvakkers onmogelijk maken. Tijdelijke werkloosheid door slecht weer is een oplossing. Hier volgt een duidelijk overzicht van de regels. 

Wat is tijdelijke werkloosheid door slecht weer? 

Met tijdelijke werkloosheid kun je als werkgever de arbeidsovereenkomst van je werknemers opschorten. Je betaalt hen dus geen loon voor de dagen waarop werken totaal onmogelijk is door het weer. 

In ruil krijgen je werknemers een vergoeding van de RVA. In bepaalde situaties, zoals vorst of aanhoudende sneeuw, voorziet de sector ook een toeslag. 

Langs jouw kant moet je ook een toeslag van 5,20 euro per werknemer per dag werkloosheid betalen (bedrag geldig sinds 1 februari 2025). 

Wat wordt bedoeld met "slecht weer"? 

Om in aanmerking te komen voor deze regeling, moeten de weersomstandigheden de directe oorzaak zijn van de onmogelijkheid om te werken. Bijvoorbeeld: 

  • Zware regen die werkzaamheden aan een dak te gevaarlijk maakt.
  • Intense vorst waardoor mortel niet bewerkt kan worden. 

Merk op dat als een vrachtwagen door de vorst geen materiaal kan afleveren, dit een indirecte oorzaak is. Werkloosheid door slecht weer is in dit geval niet van toepassing, maar een andere vorm van tijdelijke werkloosheid zou wel in aanmerking kunnen komen. 

Het werk moet volledig onmogelijk zijn, niet gewoon moeilijker of minder winstgevend. Als het rendement daalt maar werk nog steeds mogelijk is, is tijdelijke werkloosheid niet toegestaan. 

Tot slot moet werkloosheid betrekking hebben op volledige werkdagen. Als je werknemers aan hun werkdag beginnen en na twee uur moeten stoppen, kun je ze niet tijdelijk werkloos maken voor de rest van de dag. In dat geval ben je hen een verlaagd uurloon verschuldigd voor de niet-gewerkte uren. 

Welke stappen moet je ondernemen? 

Als je gebruik wil maken van tijdelijke werkloosheid, moet je specifieke stappen ondernemen ten aanzien van je werknemers, de RVA en het fonds van de sector. 

1. Naar jouw werknemers toe

Je werknemers informeren 

Je moet de werknemers informeren dat ze tijdelijk werkloos zijn. In principe moet dit gebeuren voordat ze aan het werk gaan. 

Goed om te weten: er is een uitzondering voor de bouwsector (RSZ-codes 024 en 054). Je kunt hen verwittigen wanneer ze op de werf aankomen, maar voor het begin van de werkdag

Dit kan per telefoon, e-mail, enz. Het is aangeraden om de procedure te specificeren in je arbeidsreglement om discussies te vermijden. 

De eC3.2 controlekaart invullen 

Elke tijdelijk werkloze werknemer moet een controlekaart hebben en deze invullen. Sinds 1 juli 2025 verloopt deze procedure volledig elektronisch (eC3.2-kaart). Werknemers moeten hun werkloosheidsdagen op de kaart invullen vanaf de eerste dag van de maand. 

2. Naar de RVA 

Je moet de RVA ten laatste op de eerste effectieve dag werkloosheid verwittigen. Het kan ook de dag ervoor of de werkdag ervoor/erna. 

Daarnaast moet je voor elke betrokken maand een maandelijkse aangifte doen bij de RVA. Eén aangifte per maand is voldoende, ook als de redenen voor tijdelijke werkloosheid in de loop van de maand variëren (bijvoorbeeld economische werkloosheid gevolgd door slecht weer). 

3. Naar Constructiv 

Bij vorst of aanhoudende sneeuw kan het Fonds voor Bestaanszekerheid (Constructiv) tussenkomen. Je moet contact opnemen binnen 30 dagen na het einde van het kwartaal waarin het werk opnieuw is gestart. Op de website van Constructiv kun je nagaan of vorst officieel werd vastgesteld op de werf. 

En als het slechte weer voorbij is? 

Zodra de weersomstandigheden het toelaten, moet je jouw werknemers informeren dat ze weer aan het werk kunnen. Ze moeten zich dan melden zoals gevraagd. 

Deel dit nieuws

Gerelateerde artikels