Onrust bij de lokale besturen over de responsabiliseringsbijdrage.
Lokale besturen zijn al jaren bezorgd over de pensioenfactuur voor de gewezen statutaire personeelsleden. Lokale besturen zijn immers grotendeels aangewezen op zichzelf om deze factuur te dragen. De regering-De Wever had bij haar aantreden beloofd om deze pensioenfactuur te verlichten. Alleen zorgt het gebrek aan budget bij de federale overheid er nu zelf voor dat alleen de gemeenten van meer dan 100.000 inwoners kunnen genieten van een verlichting van hun responsabiliseringsfactuur.
De steden die geld mogen verwachten zijn Antwerpen, Gent, Brugge, Leuven, Schaarbeek, Anderlecht, Brussel-stad, Charleroi, Luik en Namen.
In de memorie van toelichting motiveert de regering deze keuze door te stellen dat het beperkte budget doelgericht moet worden aangewend door enkel de responsabiliteitsfacturen te verlichten van een specifieke categorie van lokale besturen.
Kritiek van de Raad van State:
De Raad van State heeft zich in haar advies op het wetsontwerp reeds kritisch opgesteld ten opzichte van dit verschil in behandeling door te verwijzen naar de regels van gelijkheid en niet-discriminatie die zijn voorgeschreven door artikel 10 en 11 van de Grondwet. Het verschil in behandeling wordt, volgens de Raad, niet objectief verantwoord.
In een poging om aan deze kritiek tegemoet te komen werd er door de regering nog bijkomend geargumenteerd dat de gemeenten die de hoogste responsabiliseringsbijdrage moeten betalen a priori de grootste behoefte hebben om te kunnen genieten van een verlichting van de responsabiliseringsbijdrage. Er wordt hierbij verwezen naar een analyse van UCL waaruit blijkt dat de hoogte van de responsabiliseringsbijdrage disproportioneel geconcentreerd is bij gemeentes die meer dan 100.000 inwoners tellen. Nog volgens de regering is het inwonersaantal zeker een relevant criterium dat in sterke mate de financiële draagkracht bepaalt van het gemeentebestuur, OCMW en bij uitbreiding van alle openbare besturen die binnen de gemeente zijn gevestigd. Zij stellen immers meer personeel tewerk en hebben dus een hogere loonkost en pensioenlasten.
Deze bijkomende verantwoording is voor de Raad van State ontoereikend omdat er niet wordt verduidelijkt waarom het criterium van 100.000 een pertinente afbakening is. Nog volgens de Raad moet er een verband worden gelegd met de totale begroting van de betrokken besturen want tegenover een hogere responsabiliseringsbijdrage van een gemeente staan misschien ook wel hogere werkingsmiddelen.
De reactie van de getroffen besturen.
Een reactie van gemeenten die uit de boot dreigen te vallen kon natuurlijk niet uitblijven. Alhoewel het voorlopig nog maar om een wetsontwerp gaat en de stemming maar in het najaar wordt verwacht, heeft de burgemeester van Genk reeds een procedure voor het Grondwettelijk Hof aangekondigd mocht het ontwerp worden goedgekeurd.
Het wordt verder afwachten of en hoe de federale regering dit wetgevend initiatief verder zal uitwerken.
