Een koninklijk besluit heeft de einddatum van het vaccinatieverlof uitgesteld van 31 december 2022 tot 31 maart 2023. Werknemers kunnen dus nog tot uiterlijk 31 maart 2023 gebruik maken van het recht op klein verlet voor vaccinatie.
Op 9 april 2021 trad het recht op klein verlet voor vaccinatie tegen COVID-19 in werking. Dat bracht met zich mee dat alle werknemers het recht kregen om afwezig te zijn van het werk met behoud van normaal loon om zich te laten vaccineren tegen COVID-19. Dit recht werd bovendien uitgebreid voor werknemers die hun minderjarig kind of een persoon met een handicap of onder hun voogdij begeleiden naar het vaccinatiecentrum.
Werknemers konden tot 30 juni 2022 beroep doen op dit wettelijk vaccinatieverlof.
Een wet van 15 november 2022 heeft dit recht heringevoerd voor de periode van 1 oktober 2022 tot en met 31 december 2022, om werknemers maximaal te stimuleren om zich te laten vaccineren (boostercampagne). Deze wet laat bovendien de mogelijkheid om deze periode per koninklijk besluit te verlengen tot uiterlijk 31 maart 2023.
Een koninklijk besluit heeft dit recht op vaccinatieverlof nu effectief verlengd tot 31 maart 2023.
Bronnen:
- Wet van 15 november 2022 houdende herinvoering van een recht op klein verlet voor werknemers met het oog op het toegediend krijgen van een vaccin ter bescherming tegen het coronavirus COVID-19, BS 21 november 2022.
- Koninklijk besluit van 26 december 2022 tot uitstel van de datum van buitenwerkingtreding van de wet van 15 november 2022 houdende herinvoering van een recht op klein verlet voor werknemers met het oog op het toegediend krijgen van een vaccin ter bescherming tegen het coronavirus COVID-19, BS 30 december 2022