Nieuwe circulaire verduidelijkt toepassing van de ploegenarbeid bis-variant
De FOD Financiën heeft op 31 juli 2025 een circulaire gepubliceerd die belangrijke verduidelijkingen biedt over de toepassing van de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (BV) bij ploegenarbeid en meer specifiek over de invoering van de zogenaamde “ploegenarbeid-bis” variant. Deze maatregel geldt (retroactief) sinds 1 januari 2021 en tot en met 31 december 2026.
Waarom een bis-variant?
De bis-variant werd ingevoerd naar aanleiding van een arrest van het Grondwettelijk Hof van februari 2024, dat een strikte interpretatie gaf aan de voorwaarde dat de opeenvolgende ploegen “hetzelfde werk qua omvang” moeten verrichten. Dit arrest leidde in de praktijk tot veel onzekerheid aangezien zelfs kleine afwijkingen in de omvang van het werk ervoor konden zorgen dat de vrijstelling niet langer toegepast kon worden.
De (vorige) federale regering wou hieraan tegemoet komen en voerde daarom de “ploegenarbeid-bis” variant in. Deze variant geldt voor bepaalde duur, tot eind 2026. In tussentijd kan de (nieuwe) regering de regeling tegen het licht houden en de nodige aanpassingen doen.
De bis-variant zorgt voor een correctie van het vrijstellingsbedrag waarop de klassieke variant recht geeft. De omvang van de correctie is daarbij dan afhankelijk van het verschil in omvang tussen het werk van de opeenvolgende ploegen. De klassieke vrijstelling blijft dus bestaan, maar ondernemingen moeten maandelijks beoordelen, per ploegenstelsel, welke variant ze moeten toepassen.
Even herhalen: toepassingsvoorwaarden: klassieke variant versus bis-variant
De algemene voorwaarden zijn grotendeels gelijk voor beide varianten:
• Er zijn minstens twee ploegen van minstens twee werknemers (vier bij volcontinuarbeid).
• Deze ploegen verrichten hetzelfde werk qua inhoud.
• De ploegen volgen elkaar op zonder onderbreking (een pauze van max. 15 minuten wordt getolereerd).
• Er is geen overlapping tussen de verschillende ploegen van meer dan een vierde van de dagtaak.
• De ploegenpremie die wordt toegekend, bedraagt minstens 2%.
• De werknemers moeten minstens één derde van hun arbeidstijd in ploegenarbeid presteren om recht te geven op de vrijstelling.
Het enige verschil situeert zich in de omvang van het werk dat de opeenvolgende ploegen verrichten. Bij de bis-variant mag er een verschil zijn in die omvang, al zal dat verschil leiden tot een vermindering van het toe te passen bedrag aan vrijstelling van doorstorting.
Tolerantie van 10%
Om te beoordelen of er toepassing gemaakt moet worden van de bis-variant moet het verschil in omvang worden bekeken. Daarbij geldt een tolerantie van 10%: zolang het verschil in omvang tussen de grootste en de kleinste ploeg binnen deze marge blijft, mag de klassieke variant worden toegepast. Deze berekening moet per werkdag gebeuren en het verschil moet voor de volledige maand binnen de tolerantie vallen.
Indien de afwijking groter is, kan de onderneming nog aantonen dat dit het gevolg is van omstandigheden buiten haar wil (bv. ziekte, ongeval). Zo niet, dan geldt de bis-variant voor de volledige maand.
Correctiefactor
Ondernemingen die de bis-variant (moeten) toepassen, moeten voor elke betrokken maand de “correctiefactor” bepalen op basis van het verschil in omvang van het werk tussen de verschillende ploegen. Dit kan volgens de circulaire op basis van de output van elke ploeg, op basis van het aantal werknemers in elke ploeg,… Ook het aantal uur dat door elke ploeg gepresteerd wordt, kan daarbij relevant zijn.
Werkgevers die gebruik maken van uitzendkrachten in hun ploegenstelsel, moeten ook het uitzendkantoor informeren over de toe te passen correctiefactor.
Fiscale controle en bewijsvoering
De fiscus voert regelmatig controles uit op de correcte toepassing van de verschillende vrijstellingen van doorstorting van BV. Het is dus cruciaal om alle berekeningen en onderliggende gegevens zorgvuldig te documenteren, inclusief de motivering van de toegepaste correctiefactor.
Bron :
- Artikelen 275/5, § 1/1 WIB 92 en 275/55, § 3/1 WIB 92
- Circulaire 2025/C/50 van 30 juli 2025 over de 'vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegenarbeid', wat betreft de voorwaarde 'de ploegen doen hetzelfde werk zowel qua inhoud als qua omvang'